juni 2019
Informatiebeschikking
De Belastingdienst kan bij voor bezwaar vatbare beschikking vaststellen dat een belastingplichtige niet heeft voldaan aan zijn informatieverplichtingen.
De termijn voor het vaststellen van een aanslag wordt verlengd met de periode tussen de bekendmaking van deze informatiebeschikking en het moment waarop deze onherroepelijk komt vast te staan of wordt vernietigd.
De informatiebeschikking vervalt als de inspecteur een daarop betrekking hebbende aanslag oplegt voordat de informatiebeschikking onherroepelijk is geworden.
De inspecteur mag ook in de bezwaarfase nog een informatiebeschikking nemen, zelfs als hij eerder de belastingplichtige op zijn verplichtingen heeft gewezen en een aanslag heeft opgelegd zonder een informatiebeschikking te hebben genomen.
Onder omstandigheden kan het nemen van een informatiebeschikking in de bezwaarfase in strijd komen met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur.
De inspecteur mag geen tweede, gelijkluidende informatiebeschikking nemen als de eerste is vervallen doordat hij een aanslag heeft opgelegd voordat de eerste informatiebeschikking onherroepelijk vaststond. Het van rechtswege vervallen van de eerste informatiebeschikking zou anders een zinloze regeling zijn.
Berekening belastingrente en verliesverrekening
Over het op een aanslag vennootschapsbelasting te betalen bedrag wordt belastingrente berekend als de aanslag wordt opgelegd wanneer zes maanden zijn verstreken na afloop van het jaar waarop de belasting betrekking heeft. Bij vermindering van een aanslag, waarbij eerder belastingrente is berekend, wordt de belastingrente ook verminderd. Dat geldt niet als de aanslag wordt verminderd door verrekening van een verlies van een volgend jaar. De belastingrente wordt berekend over de periode die begint zes maanden na afloop van het jaar waarover belasting wordt geheven en eindigt op de dag voor de dag waarop de aanslag invorderbaar is.
Case
Inzet van een geschil was of de Belastingdienst de berekening van belastingrente achterwege had moeten laten in een geval waarin bij het opleggen van de positieve aanslag al bekend was dat deze zou worden verminderd door verrekening van een verlies van het volgende jaar. Volgens de rechtbank en Hof Den Haag biedt de wettelijke regeling daarvoor geen ruimte.
Vermindering van de berekende belastingrente, omdat het in rekening brengen daarvan onredelijk zou zijn, is niet aan de orde omdat de rechter de wet niet mag toetsen op innerlijke waarde en billijkheid.
Wilt u meer weten over bovenstaande onderwerpen of heeft u andere vragen over formeel recht?
Ik beantwoord graag al uw vragen.
Jos Vester
