Een auto, die door een werkgever aan een werknemer in het kader van de dienstbetrekking ter beschikking wordt gesteld, wordt geacht ook voor privégebruik ter beschikking te staan.
Er dient een bijtelling bij het loon van de werkgever plaats te vinden voor dit privégebruik, tenzij de werknemer aantoont dat met de auto niet meer dan 500 km op jaarbasis privé is gereden.
Het huren van de auto van de zaak door de werknemer voor gebruik in de vakantieperiode heeft niet tot gevolg dat geen bijtelling hoeft plaats te vinden. De auto wordt dan nog steeds door de werkgever ter beschikking gesteld. De door de werknemer betaalde vergoeding voor de huur komt in mindering op het bedrag van de bijtelling.
Werkgevers mogen tot 1,2% van de loonsom van alle medewerkers samen onbelast vergoedingen geven aan hun personeel. Dit is de vrije ruimte. Naast de vrije ruimte zijn er mogelijkheden voor andere onbelaste vergoedingen.
Of bekijk de animatie